Internationale samenwerking maakt deel uit van het DNA van onderzoeks-en onderwijsnetwerken zoals Belnet. Zo wisselen we sinds 2012 kennis en ervaring uit met onze collega’s van CEDESURK en hun partnerorganisaties in de Democratische Republiek Congo. Samen met Muliri MIRINDI Dieudonné en Patrick LUFUNDISU blikken we terug op de belangrijkste uitdagingen en verwezenlijkingen.
Muliri MIRINDI Dieudonné werkt als IT-adviseur bij CEDESURK, het Congolese documentatiecentrum voor hoger en universitair onderwijs en onderzoek. Hij stond aan de wieg van het project om een Congolese NREN (eb@le) op te richten, die de connectiviteit en samenwerking tussen de leden van CEDESURK moest faciliteren. Het gaat om meer dan 50 aangesloten onderzoekscentra en universiteiten. Eén van hen is de Université Pédagogique Nationale (UPN) in Kinshasa, waar Patrick LUFUNDISU als network & system administrator aan de slag is. Als partnerorganisatie werkt UPN in het kader van verschillende projecten regelmatig samen met CEDESURK.
De eerste contacten tussen Belnet en CEDESURK vonden plaats toen Belnet via de VLIR (Vlaamse Interuniversitaire Raad) en ARES (Académie de recherche et d’enseignement supérieur) in aanraking kwam met het UniversiTIC-programma. Na verschillende uitwisselingen werd de samenwerking in 2012 geformaliseerd.
“Vanaf de start wisselden we expertise uit met de teams van Belnet”, vertelt Muliri MIRINDI Dieudonné. “Zo kwam Pieter Hanssens (coördinator van het Belnet Networks team) op een gegeven moment naar Kinshasa om samen te bekijken hoe we onze lokale netwerkinfrastructuur konden verbeteren en hoe we een NREN konden opzetten voor de Congolese onderzoeks-en onderwijsgemeenschap.”
Met welke uitdagingen werden jullie geconfronteerd?
Muliri MIRINDI Dieudonné: “Eerst en vooral moesten we op zoek naar de juiste mensen. Na hun aanwerving was het uiteraard cruciaal om hen te kunnen behouden. Zodra zij waren opgeleid, beschikten ze immers over de nodige vaardigheden om voor privébedrijven in de telecomsector te gaan werken. We moesten dus een manier vinden om mensen te motiveren los van het financiële aspect, en de nadruk leggen op de belangrijke maatschappelijke rol van een NREN. Gelukkig kunnen we ook rekenen op de hulp van studenten en vrijwilligers binnen de R&E-gemeenschap.”
“Daarnaast moesten we omgaan met administratieve en politieke hindernissen. Het heeft enige tijd geduurd vooraleer er op het niveau van de verschillende politieke instellingen duidelijkheid kwam en richting werd gegeven aan het project. Natuurlijk waren er ook technische challenges: zo waren de elektriciteitsvoorzieningen onvoldoende stabiel om onze servers 24/7 op een betrouwbare manier te kunnen hosten. Op vlak van connectiviteit waren het vooral de exuberante prijzen die ons parten speelden. Vandaag is de markt gelukkig geëvolueerd en liggen de tarieven heel wat lager.”
Hoe heeft Belnet jullie ondersteund?
Muliri MIRINDI Dieudonné: “Door de kennisuitwisseling met Belnet hoefden we niet van nul te starten. Voor het uitwerken van een design konden we ons baseren op best practices. Daarnaast heeft Belnet ons geholpen met het hosten van een deel van onze infrastructuur. Voordien stonden onze servers bij een privébedrijf (OVH), wat qua kostprijs maar ook qua beschikbaarheid niet ideaal was. Belnet bood ons aan om twee servers kosteloos te hosten in hun datacenter in België. Het enige waarvoor wij moesten zorgen, was de aankoop en installatie.”
Patrick LUFUNDISU: “Alle op het NREN aangesloten organisaties genieten mee van de technische ondersteuning door Belnet. In het verleden kampten we vaak met elektriciteitspannes en problemen met internettoegang. Het feit dat we onze DNS-servers en webservers maar ook e-learning applicaties kunnen hosten vanaf een server die overal en altijd bereikbaar is, is voor de universiteit en haar studenten een groot voordeel. Ook de kennisuitwisseling met Belnet is een belangrijke troef voor onze organisatie”.
Waarvoor gebruiken jullie de Belnet-infrastructuur?
Muliri MIRINDI Dieudonné: “In de eerste plaats gebruiken we de servers om DNS- en webdiensten te hosten, voor ITSM en voor gedeelde webhosting. Daarnaast is het voor ons ook een ideale testomgeving: gezien de connectiviteit in België performanter is, is het vaak gemakkelijk om testen vanuit België te doen, ook al willen we de diensten nadien lokaal hosten. De Belnet-servers laten ons bovendien toe om snel te schakelen: zo konden we aan het begin van de coronapandemie op een zeer korte termijn een platform voor videoconferenties (Jitsi) aanbieden aan onze partnerorganisaties, in afwachting van een lokaal gehoste oplossing.”
“Momenteel zijn we betrokken in een grootschalig samenwerkingsproject met het Congolese Ministerie van Hoger Onderwijs, de Campus Numérique en een aantal lokale partners. Bedoeling is om een nationale digitale bibliotheek op te zetten die zowel lokale als internationale content zal bevatten. Voor de visibiliteit naar de buitenwereld kunnen we naast onze lokale servers ook een beroep doen op de infrastructuur die Belnet ons ter beschikking stelt.”
Patrick LUFUNDISU: “Begin dit jaar heeft Belnet de servers van CEDESURK gemigreerd naar zijn virtuele infrastructuur. Toen we nog over fysieke servers beschikten, gebruikten we de ressources niet altijd optimaal. Met de nieuwe virtuele omgeving proberen we meer te evolueren in de richting van het delen van resources.”
Muliri MIRINDI Dieudonné vult aan: “We willen onze partnerorganisaties in de toekomst oplossingen in eigen beheer aanbieden. Op één van de servers van Belnet hebben we een platform opgezet waarmee ze hun diensten op termijn zelf zullen kunnen beheren. Zo kunnen we onze ressources optimaliseren. De hosting door Belnet is belangrijk voor de continuïteit van onze diensteverlening: indien de door ons lokaal gehoste platformen niet beschikbaar zijn, is het dankzij Belnet nog steeds mogelijk om van buitenaf toegang te blijven krijgen tot het platform.”
Hoe zien jullie de toekomstige samenwerking tussen CEDESURK en Belnet?
Patrick LUFUNDISU: “Alles wat met cyberveiligheid te maken heeft, wordt steeds belangrijker. We moeten de risico’s goed in kaart brengen en evalueren. Daarbij is de steun van de decision makers van onze instellingen noodzakelijk, net zoals de bewustmaking van onze eindgebruikers. Hierin kunnen we enkel slagen wanneer we hun taal spreken en communicatie over security begrijpelijk en toegankelijk maken.”
Muliri MIRINDI Dieudonné: “Net zoals Patrick ben ik van mening dat we in de toekomst nog nauwer kunnen samenwerken op het vlak van informatieveiligheid. Ik denk onder meer aan het ontvangen van real time alerts over beveiligingsrisico’s en het uitwisselen van ervaringen over cyberaanvallen. We willen graag op de hoogte blijven van wat er op dat vlak in België, en bij uitbreiding in Europa gebeurt.”
“Daarnaast blijft het een absolute meerwaarde om kennis te delen over de puur technische aspecten van netwerken, zoals nieuwe fibertechnologieën. Ik herinner me nog goed hoe we destijds onze eerste BGP peering exact hebben geïmplementeerd zoals we tijdens een brainstorm met Pieter hadden uitgewerkt.”
Pieter Hanssens, coördinator Networks bij Belnet: “De kracht van onze samenwerking ligt in de passie die wij delen voor de onderzoeks- en onderwijsgemeenschap. Bij Belnet staan we er steeds voor open om kennis uit te wisselen. Ik denk specifiek aan automatisering en monitoring (bv. het meten van performantie, capaciteit, KPI’s, …), thema’s waarop we de laatste jaren bij Belnet sterk hebben ingezet”.