IMEC zet de dienst International Connectivity in voor grote internationale onderzoeksinfrastructuurprojecten

door
Rosy Pauwels

Marketing @ Belnet
op

International Connectivity maakt gebruik van het GÉANT-netwerk, waarin Belnet een schakel is. Belgische onderzoeks- en hogeronderwijsinstellingen kunnen zo point-to-point verbindingen maken met sites in het buitenland zonder het onderzoeksnetwerk te verlaten. We spraken met Brecht Vermeulen van IMEC, onderzoeksgroep IDLab, dat al jaren van de dienst gebruik maakt voor zijn onderzoeksinfrastructuur.

  • Kunt u kort toelichten op welke onderzoeksdomeinen IMEC actief is en welke uw rol juist is? 
    • IMEC is een onafhankelijk onderzoekscentrum dat zowel actief is op het domein van hardware (halfgeleiders, chiptechnologie) als op het gebied van digital technology platformen (internetconnectiviteit, data science) en waarbij beide entiteiten samenwerken in applicatiedomeinen als smart health, smart mobility, smart cities, smart education, etc. 

      Ikzelf werk voor de onderzoeksgroep Internet & Data Lab die zowel onder IMEC als onder UGent valt. IDLab telt een 40-tal professoren en ongeveer 300 onderzoekers en is actief in onderzoeksdomeinen als draadloos networking, multimedia processing en applicaties rond AI, robotics, machine learning. Om het onderzoek te ondersteunen beheren we verschillende onderzoeksinfrastructuren zoals fysische robots, cloudinfrastructuur, een homelab waarin mensen onderzoeksdevices kunnen aanbrengen en kijken hoe deze interageren. Ik ben als Lab Manager bij IDLab verantwoordelijk om al die infrastructuren samen technisch te managen. 

  • Kunt u een voorbeeld geven van een internationaal onderzoeksproject waarbij gebruik gemaakt werd van International Connectivity? 
    • Het Fed4FIRE-project dat een tiental jaar geleden van start is gegaan en tot 2022 heeft gelopen. IMEC heeft zelf een aantal testinfrastructuren, maar in de rest van Europa bestaan er gelijkaardige infrastructuren. Een tiental jaar geleden kwam er een vraag van de Europese Commissie om al deze infrastructuur makkelijker en eenduidig toegankelijk te maken. Op dat moment hebben we het Fed4FIRE-project opgestart om die doelen te bereiken en zijn we gaan kijken of het nuttig was om directe verbindingen op laag 2 te hebben omdat je dan makkelijk Gigabitverbindingen en vaste bandbreedte kan hebben of onderzoek doen met nieuwe internet protocollen. 

      Vanuit Gent hadden we verbindingen niet alleen binnen Europa, maar ook naar de Verenigde Staten, Japan en zelfs even naar Zuid-Korea. Op dat moment konden wij een centraal punt voor verschillende experimenten zijn. Als iemand vanuit een Europees testbed een connectie wou opzetten naar de Verenigde Staten konden ze dat makkelijk via ons doen. Wij boden de testinfrastructuur aan en de connectiviteit ertussen als dat nodig was. 

      In 2016-2017 was er een experiment in samenwerking met de Verenigde Staten. De IMEC-site in Gent was verbonden met enkele Europese testbeds die Cloud resources aanboden en we hadden verbinding met Internet2 in de VS maar ook met de Washington Exchange. Op die manier hadden we een driehoekverbinding. Verder waren er een aantal Amerikaanse testbeds betrokken met een link naar één van de datacenters van Amazon Web Services. De bedoeling van dit experiment was om een soort Netflix “avant la lettre” te voorzien waarbij we video streaming backends hadden zowel in Europa als in de VS en waarbij we gebruikers emuleerden die dan video’s streamden. We wilden onderzoeken wat er gebeurde met de trafiek als we een van de grote links onderbraken en hoe caches geoptimaliseerd konden worden in de verschillende sites. Dit experiment was toen niet mogelijk geweest met commerciële infrastructuren. In totaal waren er een 1000 verschillende servers in dit experiment betrokken. 

  • Wat zijn voor jullie de voornaamste voordelen van de dienst International connectivity ? 
    • Het voornaamste voordeel is de dedicated bandbreedte, de zekerheid hebben dat een Gigabitverbinding als dusdanig kan gebruikt worden. Maar ook de latency die altijd dezelfde is en het feit dat we andere internetprotocollen kunnen uittesten los van bestaande protocollen als IPv4 en IPv6. 

      En tot slot dat we de verbinding op een flexibele manier konden opzetten. We hebben een dedicated 10 Gigabitverbinding naar GÉANT en daar gebruiken we VLANs om zelf de connectiviteit op te delen. Als er verschillende experimenten parallel lopen en die niet de volledige bandbreedte nodig hebben, dan kunnen we met VLANs daarvan stukjes aan verschillende experimenten toekennen. 

  • Gaan jullie International Connectivity nog gebruiken voor toekomstige projecten ? 
    • Ja, na Fed4FIRE werd er een nieuw project SLICES opgestart. Dat project valt onder de ESFRI-funding voor grote onderzoeksinfrastructuren, andere voorbeelden zijn de PRACE supercomputer en de CERN collider. SLICES richt zich specifiek op computer science en communicatie. Er wordt naar heel lange termijn gekeken - tot 2040 - om SLICES Europees verder uit te rollen. Het doel is om bestaande infrastructuur te gebruiken maar ook nieuwe infrastructuur en waarbij connectiviteit nog belangrijker gaat zijn. Een van de use cases die we zien is rond 5G, 6G. Om bijvoorbeeld het radionetwerk lokaal te hebben en een centraal corenetwerk te hebben waarbij hoge bandbreedteverbindingen nodig zijn met de verschillende radiosites. Allemaal puur experimenteel, we gaan geen operationele 5G-service uitrollen. Maar om de volgende stappen te kunnen zetten richting 6G of verder met heel specifieke gebruikersdevices bijvoorbeeld op universiteitssites. Wij proberen aan te bieden wat commercieel nog niet kan. 

      Origineel hadden we 2x 1 Gigabit en die is een tweetal maand geleden geüpgraded naar 10 Gigabit maar ik vermoed dat over 20 jaar dit naar 100 Gigabit of meer kan gaan. 

  • Hoe ervaarde u de samenwerking met Belnet ? 
    • Met Belnet hadden we een afspraak dat we een dedicated link hadden tot aan het GÉANT-netwerk en op het moment dat we extra VLANs wilden opzetten moest Belnet niets doen, dat was een transparante lijn. GÉANT moest dan de VLANs opzetten naar bijvoorbeeld Frankrijk en Amsterdam. Het was de eerste keer dat Belnet de dienst International Connectivity op die manier heeft opgezet en dat heeft ons heel goed vooruit geholpen. Wij waren zeer tevreden over de flexibiliteit en het begrip van de technische mensen van wat we juist wilden en de snelheid waarmee alles opgezet werd.
Vond u dit nieuws interessant?
Copyright © 2024 Belnet.