Al geruime tijd is Belnet een belangrijke speler op het vlak van open science, onder meer door zijn rol als gemandateerde organisatie van de EOSC Association. Sinds kort heeft Belnet nog een nieuw innovatief project onder zijn vleugels genomen, namelijk FedOSC (Federal Open Science Cloud). We spraken met Sam Kauranne, Product Manager FedOSC, die ons toelicht wat FedOSC precies is en wat het project betekent voor onze community.
- Eerst en vooral: waarom is open science zo belangrijk?
- “Een cruciale manier om onze economie concurrentieel te houden, is om het onderzoek dat hier in Europa wordt gevoerd meer efficiënt te delen. Dat zorgt onder meer voor een grotere impact. Het is reeds bewezen dat bedrijfsinnovaties en commerciële oplossingen veel sneller ontstaan wanneer onderzoeksdata FAIR zijn: vindbaar, toegankelijk, onderling uitwisselbaar en herbruikbaar.”
- Wat is het specifieke doel van FedOSC?
- “FedOSC is een federaal initiatief om open science te promoten binnen de Belgische federale wetenschappelijke gemeenschap. Concreet zullen er binnen het project technische tools worden ontwikkeld die open sciencepraktijken en FAIR data stimuleren binnen de Federale Wetenschappelijke Instellingen (FWI).
- Belnet beschikt momenteel al over tools voor deze community - denk maar aan DMPonline.be en Orfeo – maar deze werden door andere instanties ontwikkeld en in de loop der jaren door Belnet overgenomen.
- Daarom zal er bij Belnet op termijn een nieuw dienstenaanbod ontstaan, waarbij we niet enkel bestaande services aanbieden, maar ook zelf tools upgraden en nieuwe services zullen ontwikkelen, ook wel “Above-the-net services” genoemd. Het uitbouwen van dit nieuwe activiteitengebied ligt volledig in lijn met de bredere strategie van Belnet.”
- Het FedOSC-project is er gekomen in opdracht van Belspo, maar wordt uitgevoerd door Belnet. Vanwaar de keuze voor Belnet?
- “Onze technische expertise is zeker een belangrijk aspect, maar de keuze viel vooral op Belnet omwille van onze veelzijdigheid: Belnet kan als centrale hub ageren, die zowel het marktonderzoek op zich kan nemen, als business cases uitwerken en diensten optimaliseren of ontwikkelen die aansluiten bij de noden van de FWI’s.
- Belnet speelt ook een belangrijke rol in de toegankelijkheid van data (de ‘A’ van FAIR, die staat voor ‘accessible’): via de Belnet R&E Federation en EDUgain kunnen we ervoor zorgen dat niet enkel de onderzoekers bij de instellingen de juiste rechten voor de juiste diensten hebben, maar ook dat vlotte toegang nationaal en internationaal mogelijk wordt.”
- Sinds april 2024 ben je bezig met voorbereidende gesprekken met de verschillende FWI's om hun noden op vlak van open science en FAIR data te detecteren. Wat zijn je conclusies?
- “Vooral de F van FAIR, findable, is een grote uitdaging: data vindbaar ter beschikking stellen. Er is online data, maar ook heel wat offline data binnen de FWI’s. Bovendien kan data ook vaak op verschillende platformen – denk maar aan Europees, Belgisch, lokaal - gepubliceerd worden.
- Daarom is één van de belangrijkste acties van het FedOSC-project de oprichting van een metadatacatalogus: één plaats waar je alle data die vandaag al online beschikbaar staat bij de FWI’s, vindt. Momenteel zijn er al drie data stewards aangesteld binnen het project die een inventaris van alle data binnen de FWI’s aan het maken zijn: bronnen, bestanden, structuren en strategieën.
- Een tweede uitdaging wat betreft vindbaarheid, waar het FedOSC-project op zal werken, is een persistent identifier service (PID). Zoals een boek een unieke ISBN-code heeft, heeft ook wetenschappelijk onderzoek nood aan een betrouwbare referentie, onafhankelijk van technische platformen, zoals websites. Hier zijn we aan het onderzoeken wat de ideale oplossing is voor onze community.
- Uit de verkennende gesprekken bleek verder dat er op het vlak van storage van data geen ‘one size fits all’ oplossing bestaat voor de FWI's. We zullen eventueel wel de optie van een soort Research Cloud bestuderen zoals het Nederlandse onderzoeks- en onderzoeksnetwerk het aanbiedt aan zijn klanten.
- Ook het opzetten van een nationale of federale node maakt geen deel uit van de scope van het project. Uiteraard worden alle ontwikkelingen wel EOSC-compatibel ontwikkeld zodat we op termijn eventueel wel die richting uit zouden kunnen gaan. Het is geen doel op zich, maar het is wel belangrijk gezien deze compatibiliteit met de open science mentaliteit bestendigt.”
- Momenteel zit het project in de onderzoeksfase, waarin de noden van de FWI’s in kaart worden gebracht. Wat zijn de volgende stappen?
- De uitrol van alle nieuwe diensten is voorzien in 2026. Dat vergt uiteraard veel voorbereidend werk van de verschillende teams binnen Belnet die betrokken zijn bij de dienstontwikkeling- en ondersteuning.
- Binnen het FedOSC-budget is er ook voorzien dat er nieuwe collega’s worden aangeworven om eindgebruikers de nodige support te kunnen leveren. Dit zijn ondersteunende rollen die de tools door en door kennen vanuit het standpunt van de gebruiker.
- Het FedOSC-project loopt tot eind 2026 maar we bekijken nu al met Belspo hoe we dit nadien structureel kunnen financieren.
Welke meerwaarde zit er voor onze bredere R&E community in het FedOSC-project?
- De nieuwe Above-the-net services zullen we breder kunnen aanbieden dan enkel en alleen aan de FWI’s. Zo is het mogelijk dat we via de Belnet R&E Federation open science diensten kunnen aanbieden aan bijvoorbeeld de universiteiten of onderzoekscentra.
Meer weten?
Vond u dit nieuws interessant?